Je kan een lid ontzetten/royeren uit de vereniging. Dat doe je als het lid de vereniging benadeelt, bijvoorbeeld door de contributie niet te betalen. Je kan het lidmaatschap ook opzeggen. Dat doe je als het lid niet meer aan de voorwaarden voldoet, of als je de vereniging opheft.
- Verschil opzegging en ontzetting
- Eisen voor opzegging of ontzetting
- Royeren bij wanbetaling
- Opzegging of ontzetting aanvechten
- Belangenafweging en formaliteiten
- Modelbrieven
Verschil opzegging en ontzetting
De wet bepaalt dat het lidmaatschap van een verenigingslid kan eindigen door opzegging door de vereniging en door ontzetting (royement). Dat besluit wordt genomen door het verenigingsbestuur, tenzij de statuten een ander orgaan aanwijzen. Dit is geregeld in art. 2:35 van het Burgerlijk Wetboek.
Eisen voor opzegging of ontzetting
In de statuten of in een huishoudelijk reglement kun je afspraken maken over opzegging en ontzetting en dus wanneer een van de twee mogelijk is, bijvoorbeeld pas nadat het lid een aantal (schriftelijke) waarschuwingen heeft gekregen.
Ontzetting is een bestraffende vorm van opzegging die namelijk direct ingaat. De ontzetting is alleen mogelijk als het lid de vereniging onredelijk benadeelt of heeft gehandeld in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van het verenigingsbestuur (art.2:35 lid 3). Daarom is voor ontzetting nodig dat het gedrag van het verenigingslid ernstiger moet zijn dan in het geval voor opzegging. Als er reden is voor ontzetting, is dat meestal ook voldoende voor opzegging.
Voor opzegging is nodig dat van de vereniging niet meer kan worden gevergd dat het lidmaatschap voortduurt. Daarvan is meestal sprake bij niet tolereerbaar of (zeer) onredelijk gedrag van het lid tegen andere leden of het bestuur.
Royeren bij wanbetaling
De meest voorkomende reden om een lid te royeren is dat deze de contributie niet heeft betaald of wangedrag (heeft) vertoond. Dat is op zich een grond van benadeling. Je kan het lid dus royeren (ontzetten uit het lidmaatschap). Juridisch kan je het beste het lid per direct schorsen en daarna royeren. Tegen het royement staat vaak beroep op de algemene vergadering open. De schorsing gaat direct in en is zeker de bevoegdheid van het bestuur.
Opzegging of ontzetting aanvechten
Een lid kan in beroep gaan tegen zijn ontzetting. De beroeps mogelijkheid voor ontzetting is bij de Algemene Vergadering. De vereniging kan hiervoor ook een speciaal orgaan zoals een beroepscommissie instellen.
Bij opzegging is dat niet (automatisch) altijd zo, maar het is wel redelijk als het lid zich eerst nog mag ‘verantwoorden’ bij het bestuur. De wet geeft niet aan dat een verenigingslid zich tegen de opzegging kan verzetten. De statuten kunnen dat wel bepalen, maar dat is niet verplicht.
Belangenafweging en formaliteiten
Het verenigingsbestuur moet er altijd goed op letten dat er een goede belangenafweging is gemaakt en dat alle formaliteiten zijn nageleefd bij het genomen besluit. Anders kan het ex-lid het opzeggings- of ontslagbesluit met succes aanvechten.
Zo is het mogelijk om naar de kantonrechter te gaan. Die kantonrechter zal voor de ontzetting toetsen aan de hiervoor genoemde gronden. Kan het bestuur niet aantonen dat het lid zich zodanig heeft misdragen, dan wordt de ontzetting ongedaan gemaakt. Het bestuur kan dan trouwens een opzegging in gang zetten. Daarvoor gelden immers veel minder zware eisen. Het belangrijkste resultaat is dat het lid dat was geroyeerd nu weer lid is tot de opzegging van kracht is.
Modelbrieven
Wij hebben voor verenigingen een aantal modelbrieven opgesteld voor het geval de vereniging een lid wil royeren. Je begint eerst met een schriftelijke waarschuwing. Als dit geen effect heeft kan de vereniging het lid schorsen. Daarna kan de vereniging besluiten om het lid te royeren (ontzetten uit het lidmaatschap).